De hoogte van uw pensioen staat niet vast
Er kan wel 80 jaar zitten tussen het moment dat u begint met pensioen opbouwen en het moment dat u overlijdt. In zo’n lange periode loopt uw opgebouwde pensioen allerlei risico’s. Die risico’s dekken we zoveel mogelijk af door buffers in te bouwen en voorzorgsmaatregelen te nemen.
Van de volgende risico’s heeft elk pensioenfonds de meeste last:
- Tegenvallende beleggingsresultaten: elke ingelegde euro moet aangroeien tot ongeveer tweeëneenhalf euro om alle pensioenen nu en later te kunnen betalen. Daarom beleggen we. Als het rendement op de beleggingen tegenvalt, zien we dat terug in de financiële positie van het fonds. Door de beleggingen te spreiden en bepaalde risico’s af te dekken, beperken we dit risico.
- Lage rente die pensioenen duurder maakt: we rekenen uit hoeveel geld nodig is om alle pensioenen te kunnen betalen. Zowel de pensioenen van nu maar ook pensioenen die pas over tientallen jaren ingaan. Hoe lager de rente is, hoe meer geld we moeten hebben om later alle pensioenen te kunnen betalen. Ook dat is te merken aan onze financiële positie.
- We leven langer met z’n allen: doordat we steeds ouder worden, hebben we meer geld nodig als pensioenfonds. Immers, we betalen het pensioen totdat iemand overlijdt. Als alle deelnemers van ons fonds iets ouder worden, moeten we meteen veel meer geld hebben. Natuurlijk proberen we ons hier goed op voor te bereiden, maar de levensverwachting is niet altijd goed in te schatten. Ook dat is te merken aan onze financiële positie.
- Het risico dat de prijzen stijgen, waardoor uw pensioen minder waard wordt. U kunt dan minder kopen met hetzelfde bedrag.
Kijk voor meer informatie op de website bij financiële positie van het fonds.
Wat merk ik van de risico’s?
Het risico is dat de financiële positie van het pensioenfonds niet goed genoeg is, waardoor:
- Uw pensioen niet meegroeit met de stijging van de prijzen. Uw pensioen wordt dan niet of niet volledig geïndexeerd.
- Uw pensioen naar beneden moet worden bijgesteld. Dit noemen we korten en gebeurt alleen als de financiële positie lange tijd niet goed genoeg is.
- Uw premie moet worden verhoogd. Dit noemen we herstelpremie. Ook uw werkgever betaalt dan een hogere premie.
- U deelt deze risico's met alle andere deelnemers binnen ons pensioenfonds.
Wat als het mee- of tegenzit?
Op de website www.mijnpensioenoverzicht.nl ziet u onder 'Als het mee- of tegenzit' een inschatting van uw pensioen als er in de toekomst mee- of tegenvallers zijn. U ziet een inschatting van uw totale pensioen, inclusief de AOW en verschillende scenariobedragen. Bij 'Bekijk jouw situatie' vindt u meer uitleg en een video over de scenariobedragen.
Bent u al met pensioen?
Dan ziet u op www.mijnpensioenoverzicht.nl een inschatting van uw pensioen als er de komende 10 jaar mee- of tegenvallers zijn. U ziet deze inschatting vanaf het moment dat u AOW ontvangt.
Wat is er nog meer van invloed op uw pensioen?
Er zijn ook andere factoren die invloed hebben op uw pensioen. De pensioenwetgeving kan veranderen waardoor u meer of minder op gaat bouwen. En ook persoonlijke keuzes en gebeurtenissen hebben invloed op uw pensioen. Zo zorgt het besluit om minder te werken ervoor dat u meteen minder pensioen opbouwt. Breng daarom regelmatig uw pensioen in kaart om te zien of u actie moet ondernemen.
Hoe beschermen we ons pensioenfonds tegen risico’s?
Ons bestuur houdt de risico’s continu in de gaten om te zien of maatregelen nodig zijn. En zo ja, welke maatregel het beste past. Hierover brengt het bestuur elk jaar verslag uit in het jaarverslag.
Er zijn verschillende controles om er zeker van te zijn dat het bestuur niets over het hoofd ziet. Zo let bijvoorbeeld het Verantwoordingsorgaan op de beslissingen van het bestuur.
Veelgestelde vragen
Het onderste bedrag
Het onderste bedrag is geen inschatting. Dit is het pensioen dat u tot nu toe heeft opgebouwd. Als u nu zou stoppen met het opbouwen van pensioen, is dit het bedrag dat u straks bruto per jaar gaat ontvangen, zolang u leeft. Op mijnpensioenoverzicht.nl is dit bedrag berekend alsof u uw pensioen tegelijk laat ingaan met het moment dat u AOW ontvangt.
Het verwachte eindresultaat
Bovenaan ziet u drie bedragen. Deze bedragen zijn een inschatting van het pensioen waarop u lijkt te gaan uitkomen in verschillende situaties. Een belangrijke aanname voor alle drie de bedragen is dat u blijft werken tot het moment dat u AOW ontvangt en pensioen blijft opbouwen binnen uw huidige pensioenregeling. Als u eerder stopt met werken, zal uw pensioen lager zijn.
Er zijn heel veel verschillende ‘toekomsten’ (scenario’s) bedacht. In het ene toekomstscenario zit het mee wat betreft de rente, de beleggingen en de stijging van de prijzen. In een ander toekomstscenario zit het tegen. Alle pensioenfondsen en verzekeraars rekenen met dezelfde toekomstscenario’s. U ziet wat uw pensioen is in drie situaties.
- Het verwachte eindresultaat ziet u in het midden bovenaan. Dit is het pensioen waar u op dit moment op uit lijkt te komen. Er is op dit moment 50% kans dat uw pensioen lager uitvalt en 50% kans dat uw pensioen hoger uitvalt dan dit bedrag.
- Bij de rechter pijl ziet u het bedrag waar u op uit lijkt te komen als het economisch erg meezit. De kans is op dit moment klein (5% van de ‘toekomsten') dat u uitkomt op een hoger bedrag dan het rechter bedrag.
- Bij de linker pijl ziet u het bedrag waar u op uit lijkt te komen als het economisch gezien veel slechter gaat dan verwacht. De kans is op dit moment ook klein (5% van de ‘toekomsten’) dat u uitkomt op een lager bedrag dan het linker bedrag.
Bij de drie mogelijke uitkomsten, houden we ook rekening met inflatie. Als er sprake is van inflatie stijgen de prijzen van producten en diensten. Nadat de prijzen zijn gestegen, kunt u met dezelfde hoeveelheid geld minder kopen.
Een voorbeeld: Stel dat u over 10 jaar 100 euro pensioen krijgt en de prijs van een brood stijgt naar 2 euro. Dan kunt u met deze 100 euro minder brood kopen dan nu, als een brood nu gemiddeld 1,50 kost. Over 10 jaar kunt u met 100 euro dan evenveel brood kopen als met 75 euro nu.
Bij de berekening van de drie uitkomsten is rekening gehouden met de kans dat prijzen stijgen van allerlei producten en diensten en de kans dat uw pensioen verhoogd wordt. Als het tegenzit, stijgen de prijzen en wordt uw pensioen niet of weinig verhoogd. Als het meezit, kunnen de prijzen stijgen, maar wordt tegelijk uw pensioen verhoogd, zodat uw pensioen ‘waardevast’ is.
U ziet bij de pijlen de 75 euro uit het voorbeeld hierboven, terwijl u naar verwachting 100 euro krijgt. Deze manier van presenteren is door de overheid gekozen om u een beeld te geven van de koopkracht van uw pensioen.